Fatbike: investering of modegril? Onderzoek onder ouders geeft ander beeld

De fatbike is in korte tijd uitgegroeid tot hét vervoermiddel van jongeren in de stad. De brede banden en stoere uitstraling maken de fiets populair, maar roept bij velen ook vragen op: waarom besteden ouders honderden euro’s aan zo’n dure fiets? Is het enkel een modegril of zit er meer achter?

Uit een eigen onderzoek onder ouders blijkt dat de keuze vaker een bewuste investering is dan een kwestie van meedoen met de trend. Een jaarabonnement op het openbaar vervoer kost gemiddeld zo’n €712 per jaar, terwijl een fatbike tussen de €700 en €900 kost. Binnen twee jaar is die investering terugverdiend. Veel ouders zien de fatbike daarom niet alleen als een hippe fiets, maar ook als een praktisch en financieel aantrekkelijk alternatief.

Een ander opvallend resultaat van het onderzoek: jongeren zijn dankzij de fatbike weer massaal gaan fietsen. Waar de fiets in de stad langzaam terrein verloor aan bus, tram of scooter, staan fietsenstallingen bij scholen inmiddels weer vol. Dat betekent niet alleen meer beweging en zelfstandigheid voor jongeren, maar ook een zichtbare verschuiving in hun vervoersgedrag.

Toch kent deze ontwikkeling ook een keerzijde. Meer jongeren op de weg betekent een grotere kans op ongelukken. De hogere snelheden van fatbikes en de vaak beperkte verkeerservaring van jongeren vergroten dat risico. Ouders en scholen signaleren dat het tijd wordt om hier iets mee te doen.

Een mogelijke oplossing ligt in het herinvoeren van het fietsenverkeersexamen. Waar dit vroeger een vanzelfsprekend onderdeel van de schooltijd was, is het op veel plekken verdwenen. Nu jongeren de fiets opnieuw hebben omarmd, kan een herwaardering van verkeerseducatie bijdragen aan veiligheid én bewustzijn in het verkeer.

De fatbike blijkt daarmee meer dan een modeverschijnsel: het is een investering van ouders, een kans voor jongeren om in beweging te komen en een uitdaging voor scholen en gemeenten om verkeersveiligheid weer hoger op de agenda te zetten.